Hoe je van stresstember weer september kan maken door beter met je tijd om te springen

Tot voor kort had ik heel vaak ellenlange to-dolijsten. Zó lang, dat mijn blad vol geraakte en ik een nieuwe lijst begon. Vandaar het meervoud in zin 1…


Motiverend kan je zoiets natuurlijk niet noemen, want hoe begin je in godsnaam aan al die taken? En wat het nog frustrerender maakte, is dat voor elk item dat ik kon schrappen er altijd twee nieuwe in de plaats leken te komen. Het was echt dweilen met de kraan open en de situatie gaf me een opgejaagd gevoel. Hoog tijd dus om al die kribbels eens onder de loep te nemen en me af te vragen wat ik anders en beter kon doen!

Na een kritische analyse van al mijn to-do’s leerde ik al snel dat ik

  • met heel veel en heel uitlopende dingen bezig ben
  • moeilijk iets uit handen kan geven
  • duidelijk last heb van FOMO (fear of missing out)

Het inzicht was er dus al, maar nu nog een alternatief bedenken om hier in de toekomst anders mee om te gaan…

Waarschijnlijk denk – of beter gezegd vrees – je nu dat er iets heel ingewikkelds gaat volgen, maar eigenlijk is wat ik sindsdien doe, belachelijk simpel! Ik stel me nu voortdurend de vraag:

“Moet ik dit nu doen?”

En elk woord in die zin is belangrijk!

Eerst sta je stil bij het woord ‘moet’. Is die taak echt verplicht of noodzakelijk?

  • Moet je zelf een cake bakken voor de verjaardag van zoon of dochterlief of is het even goed om een lekker exemplaar te kopen bij de bakker of in de supermarkt?
  • Moet je je ramen wekelijks wassen of is tweewekelijks of misschien zelfs maandelijks ook oké?
  • Moet je naar het verjaardagsfeestje van die buurvrouw die je eigenlijk amper kent of ga je toch naar die halfjaarlijkse vriendinnenavond die jullie al jaren in ere houden?

Dan kijk je naar ‘ik’. Ben jij echt de enige die dit kan doen of is er ook iemand anders die deze taak voor zijn/haar rekening kan nemen?

  • Moet je zelf poetsen en strijken omdat het dan beter gedaan is of kan je dit ook uitbesteden via dienstencheques?
  • Moet je zelf de was in de kleerkasten leggen omdat het dan perfect gesorteerd is volgens kleur en soort of kunnen je huisgenoten dat ook zelf?
  • Moet je zelf die taak opnemen op het werk of kan je hem toevertrouwen aan de jobstudent die is aangeworven om de vaste medewerkers te ontlasten?

Bij het woord ‘dit’ ga je na of dit ook echt je aandacht verdient of dat er belangrijkere dingen zijn om je tijd aan te besteden.

  • Is dit half uurtje scrollen op facebook belangrijk genoeg om je straks te moeten haasten om op tijd te zijn voor je afspraak?
  • Is dit lezen en herlezen en nog eens aanpassen van je voorbereiding voor die vergadering echt nodig of is het eigenlijk al lang goed genoeg?
  • Is dit incident op het werk iets dat je je over 5 jaar nog zal herinneren of is het eigenlijk niet de moeite waard om er veel tijd en energie in te stoppen?

‘Nu’ ligt voor de hand. Bij dit woord vraag je je af of iets nu moet of dat het misschien ook later kan, omdat dat beter uitkomt of omdat iets misschien best wel wat uitstel kan verdragen.

  • Moet je nu je taak onderbreken om op die Whatsappberichten te reageren of kan dat ook straks?
  • Moet je nu de foto’s van je vakantie selecteren en in een fotoboek plaatsen of kan dat ook volgende week of volgende maand?
  • Moet je nu die Doodle maken om een avondje uit met je oude studiegenoten in te plannen of kan dat ook later?

Welk verschil maakt deze zin voor jou?

Door je voortdurend af te vragen “Moet ik dit nu doen” ga je merken dat je best wel wat taken kan dumpen of delegeren en dat er zo meer tijd overblijft om die dingen te doen die echt belangrijk zijn… 
Et voila, voor je het weet ben jij een meester in timemanagement ????!

Stress, overspannen
of burn-out?

Iedereen heeft wel eens stress. Dat hoort nu eenmaal bij het leven. Maar wanneer ga je erover en kan stress je ziek maken en in een burn-out resulteren?
Vraag het e-book aan en doe de test! Zo krijg je een betrouwbare indicatie van overspannenheid en burn-out.